Alfacaroteen, bètacaroteen en longkanker

Diverse studies tonen de relatie aan tussen een verhoogde inname van provitamine-A-carotenoïden uit groenten en fruit en de afname van longkanker en andere vormen van kanker. In een studie in Finland (1994) bleek een verband tussen een hoge inname van bètacaroteen en een hoge incidentie van longkanker, maar een duidelijke verklaring ontbrak. Misschien waren er interacties tussen bètacaroteen en andere carotenoïden. In deze studie werden eerdere resultaten van een bevolkingsonderzoek over voedingsgewoonten in relatie tot longkanker (1980-1981, New Jersey) opnieuw bekeken. De heranalyse wijst erop dat niet zoals in eerdere analyse de inname van bètacaroteen gerelateerd is aan afname van kans op longkanker, maar inname van alfacaroteen en donkergroene en geeloranje groenten. Uit in vitro experimenten is bekend dat alfacaroteen chemisch geïnduceerde maligne transformatie en kankercelgroei remt. In dierproeven beschermde alfacaroteen beter tegen leverkanker en chemisch geïnduceerde longkanker dan bètacaroteen. Alfacaroteen beschermt tegen lipide-oxidatie en vrije radicalen. De beschermende werking van alfacaroteen bij de mens is niet uitgebreid onderzocht. Via de voeding wordt alfacaroteen samen met bètacaroteen opgenomen. Een opvallende bevinding was dat lage inname van geeloranje en donkergroene groenten een grotere kans op longkanker gaf dan een lage alfa- en bètacaroteeninname. Groenten en fruit bevatten vele nog onbekende stoffen die mogelijk beschermen tegen kanker. Het advies is dan ook om vaak en gevarieerd groenten en fruit te consumeren.