Aminozuren bij ME

Een opvallend resultaat werd onlangs behaald in een onderzoek bij ME patiënten met een per individu samengesteld aminozuurmengsel. De onderzoekers waren van de veronderstelling uitgegaan dat de chronische vermoeidheid bij ME wel eens het gevolg zou kunnen zijn van een verminderde ATP-produktie. Ook de psychische symptomen die men vaak bij ME aantreft, zoals concentratiestoornissen, geheugenverlies en depressie, zouden een weerspiegeling kunnen zijn van een onvoldoende beschikbaarheid van ATP in de hersenen en/of een verminderde produktie van neurotransmitters. Zij vonden ondersteuning van hun theorie in het feit dat patiënten met ME vaak een verhoogd lactaatniveau in het bloed hebben. Ook dit zou kunnen wijzen op een suboptimale aërobe ATP-produktie. Bovendien is in diverse onderzoeken aangetoond dat veel ME patiënten een lage magnesium-concentratie in de rode bloedcellen hebben. Toediening van magnesium doet bij een aantal patiënten de vermoeidheid afnemen en de energie toenemen. Magnesium is essentieel voor de vorming en het benutten van ATP. In totaal 25 ME patiënten, 16 vrouwen en 9 mannen in de leeftijd van 26-56 jaar, deden aan het onderzoek mee. In nuchtere toestand werd bij de deelnemers de plasma concentratie van 41 aminozuren bepaald. Op basis van de gevonden waarden werd een basisformule ontwikkeld die bestond uit 8 essentiële en 2 semi-essentiële (vrije) aminozuren plus pyridoxal-5-fosfaat en alfaketoglutaarzuur. Per persoon werd bepaald welke aminozuurconcentraties lager dan de referentiewaarden lagen. Deze aminozuren kreeg iemand dan extra toegediend. Vervolgens werd de totale hoeveelheid aminozuren op 300 gram per persoon gebracht door het aan te vullen met het basismengsel. Uiteindelijk had elke patiënt dus een aminozuurmengsel dat speciaal op hem/haar was afgestemd. Hiervan namen zij dagelijks, 3 maanden lang, 15 gram in. Elke deelnemer vulde voor en na het onderzoek een vragenlijst in met een aantal vragen over de mate van vermoeidheid en 25 symptomen. In de loop van het onderzoek vielen er 5 deelnemrs af. Van de 20 overblijvers rapporteerden er 15 (75%) een verbetering in de klachten van 50-100%; 3 (15%) een verbetering van 20-50% en 2 (10%) geen verbetering. Het merendeel van de deelnemers was zo enthousiast over de behandeling dat 90% besloot (een kleinere hoeveelheid van) het aminozuurmengsel te blijven innemen. Vooral ook omdat zij merkten dat de symptomen terugkwamen toen zij het na het experiment niet meer innamen.