Antioxidanten bij bestraling (2)

Uit een vervolganalyse van de resultaten van het onderzoek, uitgevoerd door dr. Isabelle Bairati en collega’s van de Université Laval, Quebec in Canada bleek dat vitamine E tijdens de suppletieperiode onverwachte negatieve effecten had op het risico van de ontwikkeling van tweede primaire kankers en op de kankervrije overlevingstijd. De eerste resultaten van het onderzoek, waaruit bleek dat suppletie met hoge doses vitamine E en bètacaroteen de ernst van de aan radiotherapie gerelateerde negatieve bijwerkingen verminderde, werden al eerder gepubliceerd in zowel de Journal of Clinical Oncology als in de Journal of the National Cancer Institute.
De studie betrof 540 patiënten die radiotherapie ondergingen vanwege diverse soorten hoofd- en nekkanker. In twee willekeurige groepen verdeeld werden de patiënten gedurende de radiotherapie en 3 jaar daarna dagelijks gesuppleerd met ofwel 400 IE vitamine E plus 30 mg bètacaroteen ofwel een placebo. De suppletie met bètacaroteen werd in de loop van de onderzoeksperiode vanwege ethische overwegingen gestaakt.
Na de gemiddeld 52 maanden dat de patiënten werden gevolgd werd bij 113 een tweede primaire kanker gediagnosticeerd en was bij 119 patiënten de tumor op dezelfde plaats teruggekomen. Het effect van de suppletie op de incidentie van het optreden van tweede primaire kankers varieerde in de tijd. De patiënten die met vitamine E waren gesuppleerd hadden tijdens de suppletieperiode een 2,88 maal verhoogd risico van het optreden van een tweede primaire kanker vergeleken met de placebogroep. Echter, na beëindiging van de suppletieperiode was deze kans juist 59% lager. Op dezelfde wijze was de kans op een tweede primaire kanker of terugkeer van de tumor op dezelfde plaats in de suppletiegroep 1,86 maal groter tijdens de suppletieperiode maar 29% lager in de periode daarna. Het aandeel patiënten dat na 8 jaar geen tweede primaire kanker had ontwikkeld was in beide onderzoeksgroepen gelijk.