Antioxidanten bij vermoedelijk myocardinfarct

Een groep van 63 patiënten met een vermoedelijk hartinfarct werd, in een gerandomiseerd dubbelblind placebo gecontroleerd onderzoek, gedurende 28 dagen behandeld met antioxidanten. Suppletie bestond uit vitamine A (50.000 IU/dag), bètacaroteen (25 mg/dag), vitamine C (1 g/dag) en vitamine E (alfatocoferylacetaat 400 mg/dag). De placebogroep bestond uit 62 patiënten. De behandeling begon binnen 24 uur na aanvang van de symptomen. Na afloop werden aanzienlijke verschillen tussen beide groepen gevonden: de grootte van het infarct was bij de interventiegroep significant kleiner. De serumglutamine-oxaalzuur transaminasespiegel en serumlipiden-peroxidespiegel waren in de deze groep significant lager, evenals de lactaatdehydrogenasespiegel. De QRS-score viel ook significant gunstiger uit. Voor alle toegediende antioxidanten waren de plasmaspiegels na suppletie significant gestegen. Angina pectoris, aritmieën en een slecht functioneren van het linker ventrikel kwamen in de groep, die antioxidanten kregen, minder voor. Deze resultaten wijzen op een gunstige werking van de bovengenoemde antioxidanten bij patiënten met een acuut myocardinfarct. Necrose van hartspierweefsel en oxidatieve stress treden verminderd op. Mogelijk hebben antioxidanten een preventieve werking voor wat betreft complicaties en recidieven.