Carotenoïden, roken en blaaskanker

Onder redactie van Dr. Gert Schuitemaker
Dit artikel is openbaar en gratis te lezen
Dit artikel is openbaar gesteld, zodat deze door iedereen te lezen is. Om onbeperkt ook alle andere betaalde artikelen te kunnen lezen, neem dan via onderstaande knop een abonnement.
Voor het onderzoek werd tussen 1971 en 1977 bij 9345 Japans-Amerikaanse mannen bloed afgenomen en het serum ingevroren. De mannen werden daarna twintig jaar gevolgd. In deze periode kregen 111 mannen blaaskanker. Van de ingevroren bloedmonsters van deze mannen werden de hoeveelheden van carotenoïden bepaald en vergeleken met dat van 111 mannen zonder blaaskanker.
Het bleek dat wanneer de hoeveelheden alfacaroteen, bètacaroteen, luteïne plus zeaxanthine, bètacryptoxanthine en het totale gehalte aan carotenoïden steeg, het risico van blaaskanker daalde. Maar na correctie voor het roken bleek het carotenoïdengehalte geen effect te hebben op het risico van blaaskanker.
Mensen die niet roken of zelfs nooit gerookt hadden en daarnaast een hoog gehalte aan de carotenoïden in hun bloed hadden, hadden een laag risico van blaaskanker. Misschien is het feit dat ze nooit gerookt hebben misschien wel belangrijker dan de hoge carotenoïdenspiegels, aldus de onderzoeker.
Schrijf u nu in voor onze nieuwsbrief en blijft op de hoogte van het laatste orthomoleculaire nieuws.