Cholesterolrijke voeding en beroerte

Wie gewoon is cholesterolrijke voeding te eten, heeft hierdoor niet meer kans op een beroerte. Aan de Finse studie namen 1950 mannen deel in een leeftijd van 42 tot 60 jaar. Ze werden gevolgd vanaf de periode 1984 tot 1989. Van de meeste mannen was bekend of ze drager waren van het apolipoproteïne E fenotype 4 (ApoE4). Het ApoE4-fenotype is van invloed op het cholesterolgehalte. Bij dragers van dit fenotype - dit was het geval bij maar liefst een derde van de deelnemers - is de invloed van cholesterol uit de voeding op het cholesterolgehalte in het bloedserum relatief groot. Tijdens de volgperiode van 21 jaar kregen 217 mannen een beroerte, een hersenbloeding of een herseninfarct. Mannen die dagelijks een ei aten (gemiddeld 200 mg cholesterol), hadden niet meer kans op een beroerte in vergelijking met mannen die nauwelijks eieren aten. Ook een hoge totale cholesterolinname (gemiddeld 520 mg per dag) leidde niet tot meer kans op een beroerte. Er werd zelfs een lager risico van een beroerte gezien bij mannen die dagelijks een ei consumeerden of een hoge cholesterolinname hadden, maar dit verschil was niet significant. De resultaten waren hetzelfde voor dragers van het ApoE4-fenotype. De consumptie van eieren en de totale cholesterolinname gaat niet gepaard met een verhoogd beroerterisico.