DHA verbetert IQ baby's

Moeders die tijdens de zwangerschap en de borstvoeding extra docosahexaeenzuur (DHA) binnenkrijgen, hebben baby's met een hoger IQ dan moeders die in dezelfde periode maïsoliesuppletie krijgen. In het laatste trimester van de zwangerschap en gedurende de eerste paar maanden na de geboorte is er een groeispurt in de hersenen van baby's. In die periode neemt de hoeveelheid van het omega 3-vetzuur docosahexaeenzuur (DHA) en van het omega 6-vetzuur arachidonzuur (AA) in de hersenen sterk toe. De foetus en pasgeboren baby's zijn afhankelijk van hun moeders als het gaat om de inname van DHA en AA. Het team van dr. Ingrid Helland uit Oslo keek naar de mentale ontwikkeling van baby's waarvan de moeders vanaf de achttiende week van de zwangerschap tot drie maanden na de bevalling dagelijks suppletie hadden gekregen: de ene groep 10 ml levertraan met daarin 1.183 mg DHA en 803 mg eicosapentaeenzuur (EPA) en de andere groep dagelijks 10 ml maïsolie met daarin 4.747 mg linolzuur en 92 mg alfalinoleenzuur. Het onderzoek had de opzet van een dubbelblind gerandomiseerde studie. De gegevens van 76 kinderen die ook tenminste drie maanden borstvoeding hadden gekregen, werden geanalyseerd. Op 4-jarige leeftijd werd een IQ-test gedaan. In deze test werd het vermogen om problemen op te lossen en het vermogen tot informatieverwerking gemeten. Deze twee functies vormen samen de intelligentie. De kinderen van de moeders die levertraan hadden gekregen, scoorden significant hoger op de IQ-test dan de kinderen van moeders op de maïsolie. Uit een multipele regressieanalyse bleek dat de DHA-inname van de moeder de enige variabele was die significant bijdroeg aan de score op de IQ-test op 4-jarige leeftijd. De score op de delen probleemoplossen en informatieverwerking correleerden significant met de doorsnede van het kinderhoofdje bij de geboorte. Er werd geen relatie gevonden tussen deze score en het geboortegewicht en lengte.