Geen cafeïne voor suikerpatiënten

Patiënten met diabetes type-2 doen er verstandig aan om cafeïne tijdens de maaltijden zoveel mogelijk te mijden. Na cafeïne-inname kan het lichaam de bloedsuikerspiegel moeilijker reguleren. Dit is de conclusie van onderzoekers van de Duke University in North Carolina.
Doel van het onderzoek was bij suikerpatiënten vast te stellen wat de effecten van cafeïne zijn op de suikerstofwisseling.
Aan het dubbelblinde, placebogecontroleerde, cross-over onderzoek namen veertien diabetespatiënten deel. Allen waren gewend om koffie te drinken. De deelnemers werden op een gecontroleerd dieet gezet. Na een nacht vasten en cafeïneonthouding, ondergingen de deelnemers een aantal bloedtesten. De deelnemers deden deze testen op twee verschillende ochtenden. Een half uur nadat de patiënten hun medicatie hadden genomen, werd hun bloed voor het eerst getest. Vervolgens kregen ze twee cafeïnecapsules of een placebo. Een uur hierna werd er weer bloed afgenomen. Na deze tweede bloedtest kregen de deelnemers vloeibare voeding en een cafeïnesupplement of een placebo. Eén en twee uur later volgden de laatste bloedtesten.
Nadat de deelnemers alleen cafeïne hadden gehad, was er weinig verschil in glucose- en insulinegehalte. Na de vloeibare maaltijd hadden de personen die in totaal drie cafeïnesupplementen hadden gekregen, 21% meer glucose in het bloed en steeg het insulinegehalte met 48% in vergelijking tot de deelnemers die de placebo hadden gekregen.
Hieruit blijkt dat het reguleren van het glucose- en insulinegehalte moeilijker is wanneer er cafeïne bij de maaltijd wordt geconsumeerd.