Homocysteïne vergroot risico fatale hartaanval

Een hoog gehalte aan homocysteïne in het bloed van oudere mannen betekent een grotere kans op kransslagaderziekten en op aandoeningen aan hersenvaten. Dit is het resultaat van Nederlands onderzoek dat dr. Coen D. A. Stehouwer van de Vrije Universiteit in Amsterdam verrichtte. Stehouwers team observeerde een groep van 878 mannen in de leeftijd van 64 tot 84 jaar over een periode van 10 jaar. In deze periode werd bijgehouden hoe en of hart- en vaatziekten zich ontwikkelden in deze groep. Het bleek dat een homocysteïneconcentratie van 17 micromol/l zorgde voor een, weliswaar bescheiden, maar toch verhoogde kans om te overlijden aan een hartaanval. Onder mannen met een normale bloeddruk bleek dit risico vooral in de richting van een fatale beroerte te wijzen. Er bleek echter geen verband te zijn tussen de allereerste hartaanval die mensen kregen en homocysteïnespiegels in hun bloed. Een hoge homocysteïneconcentratie was doorgaans verbonden met een verhoogde kans op een hart- of herseninfarct aan het begin van de onderzoeksperiode. Bij mannen met hoge spiegels was het 4,6 maal waarschijnlijker dat ze al eens een beroerte hadden gehad dan andere patiënten. Voor een hartaanval was dit 1,8. Het Nederlandse onderzoek is het eerste dat homocysteïne als risicofactor voor hart- en vaatziekten aanstipt. Hoge homocysteïneconcentraties zijn behoorlijk normaal in de onderzochte populatie (33%). Daarom zal de volgende stap, volgens Stehouwer, verandering van voedingspatroon moeten zijn. Nieuw onderzoek zal moeten uitwijzen of extra vitamine B6, foliumzuur of vitamine B12 de hoge spiegels zal laten dalen.