Kanker: vroegdiagnostiek heeft keerzijde

Onder redactie van Dr. Gert Schuitemaker Gert Schuitemaker

Onder redactie van Dr. Gert Schuitemaker

2 min

Per 48 uur kun je als gast 2 artikelen gratis lezen; dit is gratis artikel 1 van 2.

Neem een digitaal abonnement  of Inloggen als abonnee

In de afgelopen dertig jaar is men steeds meer op kanker gaan screenen. Doel is om in een vroeg stadium de aandoening op te sporen. Desondanks blijkt het aantal gevallen met een terminaal stadium van de ziekte niet te zijn gedaald. Evenmin is de kankersterfte afgenomen. Mogelijk komt dit door overdiagnosticeren en overbehandeling van de aandoening. Dit concluderen wetenschappers van de National Cancer Institute (NCI) in het tijdschrift JAMA.

Gegevens van het NIH laten een aanzienlijke stijging zien van vroeggediagnosticeerde kanker, maar er is geen evenredige daling van kanker in een later stadia. De onderzoekers vermoeden dat vroege diagnostiek nadelige consequenties kan hebben. Zo blijkt een zogenaamd ductaal carcinoom in situ (DCIS, gezwel in de melkgang) vaak onterecht behandeld te worden waarbij de behandeling nadelige gevolgen kan hebben.

Het woord ‘kanker’ roept vaak het schrikbeeld op van een onverbiddelijk dodelijke proces, maar het proces van kanker leidt niet per definitie tot uitzaaiingen en de dood. Het kan zich ook mild manifesteren en geen schade aanrichten. In het kankeronderzoek moet dan ook meer de nadruk komen te liggen op een verlaging van de morbiditeit en mortaliteit.

Schrijf u nu in voor onze nieuwsbrief en blijft op de hoogte van het laatste orthomoleculaire nieuws.