Met prebiotica minder diabetes

Een adequate productie van korteketenvetzuren onder invloed van specifieke darmbacteriën gaat gepaard met een betere glucoseregulatie. Dit blijkt uit een studie van wetenschappers van de Rutgers University. Er namen patiënten met diabetes type-2 aan het onderzoek deel. Ze werden behandeld met het medicijn acarbose. De proefpersonen werden willekeurig in twee groepen verdeeld. De behandelgroep kreeg voeding rijk aan vezels (prebiotica) en de controlegroep voeding met een gelijke hoeveelheid macronutriënten en calorieën maar zonder voedingsvezels. De vezelrijke voeding bestond uit volkorengraanproducten en traditioneel Chinees vezelrijk voedsel. Daardoor werd de groei van darmbacteriën gestimuleerd alsmede de productie van de korteketenvetzuren (acetaat, propionaat en butyraat) door fermentatie van de prebiotica. Na twaalf weken was de gemiddelde bloedglucosespiegel (HbA1c) sterker gedaald in de behandelgroep dan in de controlegroep. Dit werd deels verklaard door een toegenomen productie van glucagon-like peptide-1 (GLP-1). GLP-1 is een hormoon dat wordt geproduceerd in de dunne darm en de insulineafgifte stimuleert. Ook de nuchtere bloedglucosespiegel en het lichaamsgewicht namen sterker af in de behandel- dan in de controlegroep. Van de 141 bacteriestammen die korteketenvetzuren produceren bleken slechts vijftien stammen in concentraties toe te nemen onder invloed van de vezelconsumptie. Deze bacteriestammen namen een dominante plaats in waardoor een licht zuur milieu in de darm ontstond. In eerdere studies werd reeds een relatie gevonden tussen een gebrek aan korteketenvetzuren en een verhoogd risico van diabetes type-2.