Minder kans op metabool syndroom met carotenoïden

Onder redactie van Dr. Gert Schuitemaker Gert Schuitemaker

Onder redactie van Dr. Gert Schuitemaker

2 min

Per 48 uur kun je als gast 2 artikelen gratis lezen; dit is gratis artikel 1 van 2.

Neem een digitaal abonnement  of Inloggen als abonnee
Een adequate inname van carotenoïden zoals bètacaroteen verkleint de kans op het metabool syndroom. Het metabool syndroom gaat gepaard met overgewicht, hoge bloeddruk en een verstoord glucose- en insulinemetabolisme. Het syndroom geeft een grotere kans op hart- en vaatziekten en diabetes. Amerikaanse wetenschappers doorzochten literatuur van de afgelopen twintig jaar. Ze zochten specifiek naar studies waarin een verband was aangetoond tussen het metabool syndroom, carotenoïden en vitamine A. Er werden uiteindelijk elf onderzoeken geselecteerd. Van vijf studies met betrekking tot bètacaroteen werden de resultaten samengevoegd. Hieruit bleek dat een adequate inname van carotenoïden gepaard ging met een significant lagere kans op het metabool syndroom met 44%. Het verband was het sterkst voor bètacaroteen, gevolgd door alfacaroteen en bèta-cryptoxanthine. De studies met vitamine A lieten daarentegen geen verband zien met het metabool syndroom. Carotenoïden zijn de gele, oranje en rode kleurstoffen die van nature aanwezig zijn in onder andere wortelen, sinaasappels en tomaten. Voldoende inname van groenten en fruit rijk aan carotenoïden biedt bescherming tegen het metabool syndroom.

Schrijf u nu in voor onze nieuwsbrief en blijft op de hoogte van het laatste orthomoleculaire nieuws.

Gerelateerde artikelen