Ratio omega-6/omega-3 van invloed op psychische ziekten

De verhouding tussen omega 6- en omega 3-vetzuren (ratio) speelt mogelijk een rol bij psychoses en andere mentale aandoeningen, zo blijkt uit onderzoek bij jongeren en jongvolwassenen. Er werden gegevens verzameld van meer dan 3800 deelnemers aan de Avon Longitudinal Study of Parents and Children. Op een leeftijd van 17 en 24 jaar werden de jongeren geïnterviewd en werden bloedmonsters verzameld. Er werd nagegaan of ze psychische klachten hadden zoals een depressie, angststoornis of psychose. In het bloed werden de concentraties van de meervoudig onverzadigde vetzuren omega-6 en omega-3 gemeten, evenals de ratio omega-6/omega-3 en de concentratie van docosahexaeenzuur (DHA). Op 17-jarige leeftijd werd geen verband gezien tussen de concentraties van de vetzuren en genoemde psychische aandoeningen. Op een leeftijd van 24 jaar werd een hoge ratio omega-6/omega-3 geassocieerd met depressies, psychoses en angststoornissen. Een hoge concentratie van het omega 3-vetzuur DHA bleek echter te beschermen tegen psychoses. Bij jongeren die op 17-jarige leeftijd een hoge DHA-status hadden, was de kans op een psychose zeven jaar later met 56% significant kleiner. Dit verband werd niet gezien met depressies en angststoornissen. De resultaten suggereren een rol voor (de ratio) omega-6/omega-3 vetzuren bij mentale aandoeningen. Een hoge ratio is in verband gebracht met laaggradige ontstekingen. Hoewel het precieze mechanisme nog niet bekend is, speelt inflammatie vermoedelijk een rol bij het ontstaan van mentale aandoeningen.