Sterfterisico na chemotherapie

Inzicht in de mortaliteit binnen dertig dagen na chemotherapie is een goede indicator voor het succes van de behandeling en kan onnodig lijden voorkomen. Britse wetenschappers verzamelden voor het eerst gegevens over vroegtijdige sterfte na chemotherapie bij patiënten met borst- en longkanker. Voor de studie werd gebruikgemaakt van de databank Systemic Anti-Cancer Therapy (SACT) van Public Health England. Er werden gegevens verzameld van alle Britse vrouwen met borstkanker en alle Britse mannen en vrouwen met longkanker vanaf een leeftijd van 24 jaar die in 2014 chemotherapie ondergingen. Het maakte hierbij niet uit in welk stadium van de ziekte de patiënt zich bevond. Ook maakte het niet uit of het een eerste chemotherapie betrof of een herhaalbehandeling. Van alle patiënten werd de mortaliteit nagegaan binnen dertig dagen na de laatste behandeling. Ook werd gekeken naar beïnvloedende factoren. In totaal werden de gegevens van 23.228 vrouwen met borstkanker en 9634 longkankerpatiënten geanalyseerd. De mortaliteit was significant hoger bij personen die voor het eerst een chemotherapie ondergingen (zowel curatief als palliatief) in vergelijking met patiënten die al eerder een behandeling hadden ondergaan. Hetzelfde gold voor patiënten met een laag welbevinden in vergelijking met personen die zich over het algemeen goed voelden. Patiënten die curatief behandeld werden voor borst- of longkanker hadden significant meer kans om te overlijden met het stijgen van de leeftijd. De resultaten tonen dat verschillende factoren van invloed zijn op het vroegtijdige sterfterisico na chemotherapie. Bepaalde doelgroepen hebben een verhoogde kans op overlijden. Bij deze patiënten moet goed overwogen worden of chemotherapie ingezet moet worden.