Vitamine C bij hartziekte

Vitamine C blijkt bij mensen met ziekten aan de kransvaten de effecten van een vetrijke maaltijd teniet te doen. Dit blijkt uit onderzoek aan de Universiteit in het Chinese Hunan. Na een vette maaltijd stijgt de concentratie triglyceriden in het bloed. Dit is nadelig voor de bloedvaten, aangezien het functioneren van het endotheel hierdoor afneemt. Het endotheel bekleedt de bloedvaten aan de binnenkant en laat deze verwijden wanneer het lichaam meer behoefte heeft aan zuurstofrijk bloed. Onderzoeker dr Ling Liu gaf 74 patiënten met hartziekte en 50 proefpersonen met een verhoogde kans deze ziekte te ontwikkelen een vette maaltijd met 800 calorieën en 50 gram vet te eten. Van beide patiëntengroepen kreeg de helft na deze maaltijd een orale dosis van 2 gram vitamine C. Voor de maaltijd en op verschillende tijdstippen na de maaltijd werden de concentraties triglyceriden, LDL- en HDL-cholesterol en het totale cholesterolgehalte bepaald. Bovendien werd voor en vier uur na de maaltijd de endotheelfunctie in de brachiale arterie bepaald. Twee tot vijf uur na de maaltijd steeg in alle groepen het triglyceridengehalte. De patiënten met hartziekte hadden een verminderde endotheelfunctie in vergelijking met de gezonde proefpersonen. De vette maaltijd zorgde ervoor dat de vaatverwijding significant minder goed functioneerde, zowel bij de patiënten als bij de gezonde proefpersonen. Door de vitamine C bleek er in geen van beide groepen nauwelijks een verslechtering op te treden door de vetrijke maaltijd.