Vitamine D-status bij nachtwerkers

Canadese onderzoekers onderzochten de relatie tussen beroepsuitoefening en vitamine D-waarden. Ze concentreerden zich daarbij onder meer op werkers in ploegendienst: mensen met andere werktijden dan het traditionele ‘9 tot 5-schema’. Naar schatting heeft 28% van de Canadezen en 17% van de Amerikanen zo’n afwijkend werkschema, inclusief avond- en nachtarbeid. Europeanen zitten er tussenin met 22%. De onderzoekers zochten naar relevante onderzoeken in diverse databanken, zoals Medline. Uiteindelijk werden 71 wetenschappelijke publicaties geselecteerd, waarin onder meer was gekeken naar binnenwerk/buitenwerk, ploegendienst en gezondheidswerkers. Vitaminegebrek werd gedefinieerd als een bloedserumwaarde lager dan 50 nmol/l (25(OH)D). Met deze waarde als uitgangspunt bleek 80% procent van de werkers in ploegendienst en 78% van de binnenwerkers een tekort te hebben aan vitamine D. Van de mensen die buiten werkten, had 48% een tekort. Bij de gezondheidswerkers scoorden de mensen in opleiding het slechtst: hiervan had 72% een tekort. De onderzoekers concluderen dat mensen in ploegendienst, gezondheidswerkers en mensen die binnen werken een verhoogd risico hebben van vitamine D-gebrek. Het viel bovendien op dat maar liefst 96% van de praktiserende artsen lagere serumwaarden had dan 75 nmol/l: 46% had een gebrek en de rest had evenmin optimale waarden. Hiermee scoorden artsen nog slechter dan binnenwerkers, mensen in ploegendienst en verpleegkundigen: van hen had ongeveer 90% lagere waarden dan 75 nmol/l. De onderzoekers vinden het zorgelijk dat vooral gezondheidswerkers zo’n slechte vitamine D-status hebben. Ze veronderstellen dat dit te maken heeft met het maken van lange dagen (voornamelijk binnen), wisselende diensten en een tendens onder gezondheidswerkers om hun eigen gezondheid te negeren.