Wijn verhoogt EPA-spiegel

Matige alcoholconsumptie en omega 3-vetzuren uit vis zijn als afzonderlijke factoren beide al eerder in verband gebracht met een verlaagde sterfte als gevolg van hart- en vaatziekten. Er zijn echter nog weinig gegevens beschikbaar over de mogelijke interactie tussen deze twee factoren.
Uit recent onderzoek met patiënten met hartziekten blijkt nu dat het drinken van een matige hoeveelheid wijn, vergeleken met geen alcoholgebruik, verband houdt met een hogere concentratie omega 3-vetzuren uit vis in het bloed.
Van alle patiënten werd de dagelijkse inname van de alcohol uit wijn en omega 3-vetzuren, zowel plantaardig als van vis, nauwkeurig bepaald. De gegevens van de patiënten met een hoge inname van alfalinoleenzuur (ALA), het belangrijkste omega 3-vetzuur uit planten, en die met een lage inname van ALA (controlegroep) werden afzonderlijk geanalyseerd.
In beide groepen hield een stijging van de alcoholinname verband met een significante stijging van de concentratie omega 3-vetzuren uit vis in het bloed. Een hogere inname van alcohol liet de concentratie eicosapentaeenzuur (EPA) in de groep met een lage inname van ALA stijgen met 50%, in de groep met een hoge ALA-inname met 37%. Ook na correctie van de gegevens voor mogelijk storende factoren, inclusief de inname van EPA met de voeding, hield het verband tussen alcohol uit wijn en de concentratie EPA in het bloed in beide groepen significant stand. De onderzoekers concluderen dat het met visconsumptie vergelijkbare effect van wijn een mogelijke verklaring vormt voor het beschermende effect ervan tegen hart- en vaatziekten.