Vis, kwik en zwangerschap

Het eten van vis tijdens de zwangerschap is goed voor de geestelijke ontwikkeling van het kind. Het is echter wel belangrijk die soorten te kiezen die het minste kwik bevatten. Dit zijn de conclusies van onderzoekers van Harvard.
Het onderzoek werd uitgevoerd onder 135 moeders en hun baby’s. Gekeken werd naar de wekelijkse visinname in het tweede trimester en naar de geestelijke ontwikkeling van het kind zes maanden na de geboorte. Verder werd in het haar van de moeders de hoeveelheid kwik bepaald om de blootstelling hieraan vast te stellen.
Gemiddeld werden 1,2 porties vis per week gegeten tijdens het tweede trimester. De gemiddelde hoeveelheid kwik in het haar was 0,55 ppm. Bij 10% werd meer dan 1,2 ppm kwik gevonden.
Hoe meer vis de moeders hadden gegeten hoe beter de baby’s scoorden met de test. Wanneer werd gecorrigeerd voor de hoeveelheid kwik in het haar dan werd de gevonden relatie nog sterker. Bij iedere extra portie vis per week scoorden de kinderen vier punten hoger. Wanneer echter de hoeveelheid kwik steeg met 1 ppm dan daalde de score met 7,5 punten. De baby’s scoorden het hoogst wanneer de moeders meer dan twee porties vis per week aten en de hoeveelheid kwik minder dan 1,2 ppm was.
Bepaalde grote vissen die langer leven kunnen flink wat kwik opslaan. Hierbij moet worden gedacht aan haai, zwaardvis, blauwe tegelvis en koningsmakreel. Deze kunnen beter worden vermeden tijdens de zwangerschap. Andere vissen zoals zalm en de langstaarttonijn, bijvoorbeeld in blik, zijn wel goed. Ook vissen zoals kabeljauw en schelvis hebben vaak lagere kwikspiegels, maar die bevatten ook weer minder van de gunstige omega 3-vetzuren.