Vitamine D helpt dialysepatiënten

Calcitriol, de actieve vorm van vitamine D, per injectie verlengt de overlevingsduur bij dialysepatiënten met end-stage renal disease (ESRD). Dit is de conclusie van onderzoekers van het Massachusetts General Hospital in Boston.
ESRD is het laatste stadium van nierziekte. Er moet altijd worden gedialyseerd tenzij er een niertransplantatie kan plaatsvinden. Door de chronische dialyse en het niet functioneren van de nieren ontstaan er allerlei afwijkingen in het bloedbeeld. Een daarvan is hyperparathyreoïdie waardoor de calcium- en fosfaatspiegels stijgen. Dit treedt op bij ongeveer 50% van de patiënten met ERSD. In dit geval wordt calcitriol gegeven.
In het onderzoek werden opgenomen dialysepatiënten in Amerika die minimaal 90 dagen na aanvang van de dialyse nog in leven waren. Primair eindpunt was de twee jaarsoverleving. Van de 51.037 patiënten die de eerste 90 dagen overleefden kregen 37.173 calcitriol en 13.864 kregen dit niet.
Aan het eind van de twee jaar was 76% in de vitamine D-groep en 59% in de controlegroep nog in leven. Dit verschil was significant. Sterftecijfers waren 13,8/100 personen per jaar voor vitamine D tegen 28,6/100 voor de controle. Sterfte door hart- en vaatziekte was respectievelijk 7,6/100 tegen 14,6/100. Het overlevingsvoordeel was met vitamine D 20%. Zelfs degenen met lage spiegels van het parathyreoïdhormoon en verhoogde serumspiegels van calcium en fosfor, een situatie waarbij vitamine D-suppletie meestal wordt gestaakt, leefden langer met vitamine D-suppletie.