Voedingsadviezen op de schop: ‘One size does not fit all’

Wetenschappers, waaronder dr. Tim Spector van de Twins UK Study, presenteerden in Baltimore op de Meeting American Society of Nutrition 98-11 juni 2019) de resultaten van de PREDICT Study 1, ’s werelds grootste onderzoek naar gepersonaliseerde voeding. Conclusie: ieder individu - ja zelfs een eeneiige tweeling – reageert anders op voedsel. De uitkomsten waren geanalyseerd door de nutritional science company ZOE (ZOE betekent ‘leven’ in Grieks) dat mede werd opgericht door Spector. Doel van de onderneming is het ontwikkelen van een thuistest (en app), waarmee ieder individu zijn persoonlijke voedingsrespons kan genereren. Er namen 1100 proefpersonen deel aan de studie waarvan 60% behoorde tot een eeneiig tweelingpaar. Bij de deelnemers werd gedurende twee weken regelmatig de bloedglucosespiegel, insulinespiegel, het triglyceridengehalte en andere relevante biomarkers bepaald als reactie op gestandaardiseerde maaltijden als ook vrij gekozen maaltijden. Voorts werden gegevens verzameld betreffende activiteit, slaap, honger en het microbioom. De resultaten toonden een grote individuele variatie in de respons van biomarkers op identieke maaltijden. Sommige deelnemers hadden een snelle en langdurige verhoging van de bloedglucose- en insulinespiegel na de consumptie van koolhydraten, terwijl dit bij andere proefpersonen niet werd gezien. Bij andere deelnemers werden tot enkele uren na een maaltijd verhoogde vetzuurspiegels in het bloed gezien. De grote variatie werd slechts ten dele verklaard door genetische factoren. De genen waren voor de glucosespiegel voor minder dan 50% verantwoordelijk voor de variatie, voor de insulinespiegel en het triglyceridengehalte was dit nog minder met respectievelijk 30% en 20%. Zelfs eeneiige tweelingen met eenzelfde genetisch profiel en vaak ook dezelfde omgevingsfactoren reageerden anders dan hun wederhelft op hetzelfde voedsel. Vermoedelijk kwam dit door een andere samenstelling van hun darmmicrobiota. Slechts 37% van de darmflora van identieke tweelingen was gelijk. Dit verschilt nauwelijks van de 35% gemeenschappelijke darmbacteriën die bij willekeurige andere personen worden gezien. Personen reageerden erg verschillend op voedsel met eenzelfde hoeveelheid calorieën. De hoeveelheid koolhydraten, eiwitten en vetten verklaarde voor minder dan 40% de individuele respons op een maaltijd met eenzelfde hoeveelheid calorieën. Factoren van invloed waren onder andere de samenstelling van de darmflora, maar ook de tijdstippen waarop maaltijden genuttigd werden en de mate van fysieke inspanning. Het goede nieuws is dat de genen niet bepalend zijn en dat de stofwisseling bij eenieder anders is. Voedingsadviezen op maat zullen in de toekomst mogelijk zijn.