Bètacaroteen studie voortijdig gestopt

Een grote interventiestudie onder Amerikaanse rokers naar het effect van suppletie met bètacaroteen en vitamine A op longkanker is in januari 1996 voortijdig afgeblazen. Reden is dat er meer ziekte en sterfte optrad bij de mensen die bètacaroteen namen. Een eerdere studie in Finland, vond eveneens een hogere sterfte en ziekte plaats onder de rokers die bètacaroteen gebruikten. Toen eenzelfde resultaat zich ook in de Amerikaanse studie begon af te tekenen, was dat het teken om de studie te beëindigen om niet nog meer mensen onnodig te laten sterven. De rol van bètacaroteen bij kanker is dubbelzinniger dan in eerste instantie werd gedacht: Enerzijds bleek extra bètacaroteen in beide studies een hogere longkankersterfte te geven, aan de andere kant bleek in dezelfde studies dat een hoog gehalte aan bètacaroteen in het bloed (gemeten aan het begin van de studie) juist weer een lagere sterfte op te leveren. Evenmin werd er tijdens de studie een extra hoge sterfte vastgesteld bij mensen met de hoogste gehaltes bètacaroteen in het bloed. De wetenschappers staan voor een raadsel. Ze opperen verschillende hypotheses: Misschien zou bètacaroteen beter werkzaam zijn geweest wanneer het in combinatie met andere antioxidanten toegediend zou zijn. In groenten en fruit komt bètacaroteen in een complex van meer dan 600 andere carotenoïden voor die eveneens heilzame (antioxidant) effecten kunnen hebben. Het is goed voorstelbaar dat bètacaroteen in het bloed een soort signaalstof is die een idee geeft van de voedingstoestand van een groot aantal andere essentiële voedingsstoffen. Wanneer alleen de signaalstof en niet al de andere stoffen worden toegediend, kan dat problemen opleveren.