Per 48 uur kun je als gast 2 artikelen gratis lezen; dit is gratis artikel 1 van 2.
Neem een digitaal abonnement of
Inloggen als abonnee
Ziekten met een ontstekingscomponent kunnen gunstig beïnvloed worden door
omega 3 en omega 6?
vetzuren. Het merendeel van de recente literatuur is gericht op het gebruik van omega 3-vetzuren bij reumatische aandoeningen. Uit meta-analyses van beschreven onderzoeken komt verbetering van soepelheid in de gewrichten naar voren. Ook wordt verlichting van de ochtendstijfheid van de gewrichten gemeld. Enkele studies berichten over vermindering in de dagelijks benodigde doses NSAID-ontstekingsremmers (zoals aspirine) of zelfs het stopzetten ervan tijdens voortgezet gebruik van omega 3-vetzuren.
Gammalinoleenzuur (
GLA, een omega 6-vetzuur) uit de zaden van borage, teunisbloem of zwarte bes, kunnen in het lichaam omgezet worden in dihomogammalinoleenzuur (DGLA), dat vervolgens prostaglandine E1 vormt. PGE1 kan bloedplaatjesaggregatie afremmen. Bij het uit
arachidonzuur (AA) gevormde PGE2 is dit niet het geval. Van de omega 3-vetzuren wordt
eicosapentaeenzuur (
EPA) uit
vette vis en visolie omgezet in PGE3, een prostaglandine met sterk verminderde ontstekingsbevorderende activiteit vergeleken met PGE2. De effecten van omega 3-vetzuren op de eicosanoïdenstofwisseling zijn vooral van grote betekenis bij
immuunziekten en ziekten met een ontstekingscomponent. Omega 3-vetzuren hebben een remmende invloed op de synthese van arachidonzuur, een voorstof voor PGE2 uit
linolzuur. Leukotrieen uit omega 3 vetzuren, zoals LtB5, bezit slechts zwakke ontstekingsbevorderende activiteit. De consumptie van visolie of vette vis verlaagt de vorming van LtB4, één van de krachtigste ontstekingsmediatoren uit de eicosanoïdenstofwisseling.