Kritische studie over GMO bij koeien

Een kritische studie van de Franse wetenschapper Séralini over het gebruik van genetisch gemodificeerde maïs in diervoeding was van internet verdwenen.

Opvallend is dat dit gebeurde daags nadat de resultaten van het onderzoek werden gepresenteerd tijdens een persconferentie georganiseerd door de Committee for Independent Research and Information on Genetic Engineering (CRIIGEN). Het artikel werd gepubliceerd in het online tijdschrift Scholarly Journal of Agricultural Science. Het artikel was aanvankelijk niet meer terug te vinden, maar onderhand is het weer online gezet.

Séralini analyseerde de pathologische gegevens van melkkoeien van de Duitse boer Gottfried Glöckner. In de periode van 1997 tot 2002 werden de koeien gevoed met voeding die voor 40% bestond uit GMO maïs (Bt176 maïs). Glöckner zag in deze periode het aandeel van gezonde koeien met een hoge melkproductie dalen van 70% naar 40% met een sterfte van maar liefst 10%. Het enige dat in deze periode was veranderd, was het voer van de dieren.  

De koeien vertoonden diverse symptomen waaronder verlammingsverschijnselen die niet gepaard gingen met infecties of koorts, nierfalen, leververgiftiging, problemen met de slijmvliezen en een breuk van de uier. Glöckner liet de dieren onderzoeken door diverse universitaire laboratoria in samenwerking met het Duitse ministerie voor gezondheid en Syngenta, producent van de maïs. Echter, er werden geen aanwijzingen gevonden voor bacteriële of virale infecties, parasieten of schimmelinfecties. Ook was de sterfte niet gerelateerd aan genetische aandoeningen.  

Een mogelijke verklaring voor de aandoening is dat de toxische stof Cry1Ab, aanwezig in de GMO maïs, reageerde met cadherine, een bepaald type eiwit (adhesiemolecuul) dat ervoor zorgt dat cellen en weefsels bij elkaar blijven. Volgens Séralini kunnen hierdoor diverse symptomen verklaard worden. Maar ook andere toxische stoffen uit de GMO maïs die inmiddels van de markt is gehaald, speelden mogelijk een rol bij de hoge mortaliteit bij het veebedrijf.