Microbioom van dierentuinaap

Evenals bij mensen met een westerse voeding, vermindert de diversiteit van het microbioom van apen in gevangenschap.

In de studie werden ontlastingmonsters onderzocht van twee apensoorten die verbleven in dierentuinen (roodscheendoek en mantelbrulaap). Het DNA in de ontlastingmonsters werd vergeleken met dat van semiwilde (reservaten) en wilde soortgenoten. Bovendien werd een vergelijking gemaakt met het humane microbioom in Westerse landen.

De darmflora van apen in de dierentuinen was significant verarmd ten opzichte van hun wilde soortgenoten. In de uitwerpselen van wilde apen werd tot 40% DNA aangetroffen afkomstig van planten. In de ontlastingmonsters van de dierentuinapen werd dit DNA niet gevonden. Bovendien was de diversiteit van de darmbacteriën beduidend minder bij de apen in gevangenschap. Bij deze apen overheersten Bacteroides- en Prevotellabacteriën, twee bacteriesoorten die ook in de humane darmflora overheersen. Opvallend was dat het microbioom van semiwilde apen uit reservaten ook verarmd was, maar niet zo erg als bij de dierentuinapen. De voeding van de semiwilde apen was minder gevarieerd dan het wilde menu, maar wel gevarieerder dan de voeding van de dierentuinapen.

De wetenschappers vermoeden dat de verarming van het microbioom bij apen in gevangenschap een gevolg is van de verarming van hun voeding, vooral de variëteit van plantaardig voedsel is beduidend minder. De gevolgen hiervan zijn vergelijkbaar met die van westerse voeding voor mensen.