Ouderen, kwetsbaarheid en antioxidanten

Als onderdeel van de grote Europese MARK-AGE-studie vonden Nederlandse wetenschappers dat een lage spiegel van een aantal antioxidanten een risicofactor is voor kwetsbaarheid (frailty) op oudere leeftijd. Het is bekend dat kwetsbaarheid een negatief effect op de gezondheid. Om kwetsbaarheid bij ouderen te voorkomen is inzicht nodig in de mechanismen die hieraan ten grondslag liggen. Hiertoe is de MARK-AGE-studie opgericht, de European Study to Establish bioMARKers of human AGEing. Dit is een grootschalig onderzoek, gericht op het identificeren van een set biomarkers, waaronder antioxidanten, die de biologische leeftijd beter zou meten dan elke geïsoleerde marker. Er werden gegevens gebruikt van 2220 deelnemers. De proefpersonen hadden een leeftijd van 35 tot 74 jaar. Er werd getest in hoeverre sprake was van kwetsbaarheid in drie verschillende domeinen, te weten: fysiek, cognitief en mentaal. Van de deelnemers was bij 64 personen sprake van lichamelijke kwetsbaarheid, 199 proefpersonen waren cognitief kwetsbaar en 134 deelnemers waren mentaal kwetsbaar. De prevalentie van kwetsbaarheid nam toe met de leeftijd. Bij proefpersonen die fysiek, cognitief of mentaal kwetsbaar waren, werden in deze deelrapportage lagere bloedconcentraties van de carotenoïden zeaxanthine en bèta-cryptoxanthine gemeld. Na correctie voor beïnvloedende factoren bleek een direct verband tussen het cognitief functioneren en de bloedspiegels van deze carotenoïden met een antioxidatieve werking. Hoe lager de concentraties, hoe groter de kans op cognitieve problemen. Het feit dat er een verband bestaat tussen de status van deze antioxidanten en kwetsbaarheid wijst erop dat ontstekingsprocessen mogelijk een rol spelen bij het ontstaan van kwetsbaarheid, zo concluderen de wetenschappers.