Bosbessen goed voor hart en bloedvaten

Dagelijks een grote portie bosbessen eten verkleint de kans op hart- en vaatziekten tot 15 procent. Aan het onderzoek namen 115 proefpersonen deel met overgewicht (gemiddelde BMI 31 kg/m2) en kenmerken van het metabool syndroom zoals insulineresistentie en een verhoogde bloeddruk. De proefpersonen hadden een gemiddelde leeftijd van 63 jaar en werden willekeurig in drie groepen verdeeld. Ze kregen gedurende zes maanden dagelijks een portie van 75 of 150 gram bosbessen of een placebo. De consumptie van een volle kop bessen (150 gram) ging gepaard met een significante verbetering van de endotheelfunctie. Het endotheel is een ééncellig laagje dat de binnenkant van bloedvaten bekleedt en een rol speelt bij onder andere de bloedstolling. Ook werd er een significante afname van vaatstijfheid gezien. Bij personen die geen cholesterolverlager gebruikten nam het gunstige HDL-cholesterolgehalte significant toe met 0,08 mmol/l. De effecten gingen gepaard met een significante toename van metabolieten van anthocyaninen in het bloed en urine. Anthocyaninen zijn plantaardige stoffen en verantwoordelijk voor de kleur en werkzaamheid van de bessen. Het eten van bosbessen was niet van invloed op de mate van insulineresistentie en de bloeddruk, maar leidde wel tot een 15 procent kleiner risico op hart- en vaatziekten. Een halve kop bessen (75 gram) per dag bleek onvoldoende effect te hebben bij de proefpersonen. De consumptie van bosbessen heeft geen directe invloed op insulineresistentie en de bloeddruk, maar verkleint wel de kans op hart- en vaatziekten doordat ze een gunstig effect hebben op de bloedvaten.