Dierlijke eiwitten voor behoud geheugen

Ouderen die veel dierlijke eiwitten eten, hebben minder kans op cognitieve achteruitgang.

Aan de Japanse studie namen 1007 proefpersonen deel met een gemiddelde leeftijd van 67 jaar. Bij aanvang van de zeven jaar durende studie hadden ze geen cognitieve problemen. De deelnemers vulden aan het begin van de studie een vragenlijst in over hun voedingsgewoonten. Aan de hand hiervan werd de totale inname van eiwitten en de inname van zowel plantaardige als dierlijke eiwitten berekend.

Bijna 25% van de deelnemers kreeg tijdens de studieperiode last van een achteruitgang van de cognitie. Na correctie voor beïnvloedende factoren bleek dat mannen met de hoogste inname van dierlijke eiwitten met maar liefst 59% significant minder kans hadden op cognitieve achteruitgang in vergelijking met mannen met de laagste inname van dierlijke eiwitten. Voor vrouwen werd eenzelfde trend gezien, maar dit verschil was niet significant. Er werd geen relatie gezien tussen de cognitie en de inname van plantaardige eiwitten.

Volgens de wetenschappers neemt met het ouder worden de absorptie van eiwitten af. Dit kan betekenen dat op oudere leeftijd een verhoogde eiwitbehoefte ontstaat. Mogelijk speelt dit een rol bij het behoud van de geheugenfunctie.