Vitamine D-respons bij gezonde volwassenen

De respons op vitamine D-suppletie blijkt te verschillen per individu. Dit concluderen Finse wetenschappers na bloedonderzoek bij gezonde jongvolwassenen. In de VitDbol-studie kregen 35 gezonde jongvolwassenen een eenmalige dosis van 80.000 IE vitamine D of een placebo. Voor aanvang van suppletie, alsook na 1, 2 en 30 dagen werden bloedmonsters verzameld en geanalyseerd. Binnen 24 uur na inname van vitamine D steeg zowel de serumspiegel van 25-hydroxyvitamine D (calcidiol) als van het actieve hormoon 1,25-dihydroxyvitamine D (calcitriol) met gemiddeld 20%. Er werden echter grote verschillen gezien tussen individuen voor wat betreft de concentraties van deze vitamine D-metabolieten. Opvallend was dat de serumspiegel van parathyroïdhormoon (PTH) de eerste dag met 10% steeg om vervolgens in de daaropvolgende vier weken te dalen tot een concentratie die gemiddeld 5% lager was dan de basale bloedspiegel. In mononucleaire cellen die op dezelfde tijdstippen werden verzameld werd vitamine D-gemoduleerde chromatine bepaald. Chromatine is het complex van DNA en eiwitten in de celkern. Met behulp van deze methode kunnen de korte- en langetermijneffecten van vitamine D op het epigenoom worden vastgesteld. Het effect van vitamine D-suppletie blijkt sterk individueel bepaald. Naast bepaling van de serumspiegel van vitamine D3, kan bepaling van vitamine D-metabolieten, PTH en chromatine zinvolle informatie geven.