Per 48 uur kun je als gast 2 artikelen gratis lezen; dit is gratis artikel 1 van 2.
Neem een digitaal abonnement of
Inloggen als abonnee
In een Australische studie werden geen significante verschillen gevonden in de mate van spierschade tussen de suppletiegroep en de controlegroep na 21 km hardlopen. Dr B. Dawson van de University of Western Australia deed onderzoek bij vijftien mannelijke langeafstandslopers. De lopers werden verdeeld in twee groepen. De eerste groep kreeg dagelijks gedurende vier weken 500 of 1000 mg
vitamine C in combinatie met 500 of 1000
IE vitamine E (aangezien de concentraties van de vitaminen in het bloed onafhankelijk waren van de hoogte van de doses, werden de groepen later samengenomen). De andere groep kreeg in dezelfde periode een
placebo. Aan het einde van deze vier weken moesten de atleten de eerste halve marathon lopen. Het was de bedoeling dat ze dit zo snel mogelijk deden. Daarna volgde een periode van vier weken waarin de lopers geen suppletie ontvingen. Vervolgens kreeg de placebogroep vier weken suppletie en de suppletiegroep de placebo. Hierna vond de tweede halve marathon plaats. Voor en na elke halve marathon werden er bloedmonsters afgenomen, en deze werden onderzocht op de hoeveelheid
creatinekinase,
myoglobine en
malondialdehyde (
MDA). Bij zes lopers werd er tevens voor en na elke halve marathon een spierbiopt genomen. Na een halve marathon werden er geen significante verschillen gevonden tussen de suppletie- en placebosituatie. Wel werd er in beide groepen
significant meer creatinekinase en myoglobine gevonden, maar niet meer MDA, de maat voor vrije radicalenactiviteit. Ook de spierbiopten lieten geen significante verschillen zien, zowel niet tussen voor en na de race en ook niet tussen de suppletie- en controlegroep. De onderzoekers concluderen daarom dat vitamine C- en E-suppletie gedurende vier weken geen effect heeft op de hoeveelheid spierschade na het lopen van een halve marathon.