Vitamine C-status correleert met gezondheid

De vitamine C-status van mannen en vrouwen van middelbare leeftijd is sterk gecorreleerd met hun metabole en cognitieve gezondheid. Aan de CHALICE cohortstudie die uitgevoerd was in Nieuw Zeeland namen 404 personen van rond de vijftig jaar deel (49 tot 51 jaar). Bij 250 proefpersonen werd de inname van vitamine C vanuit de voeding geschat en bij 369 deelnemers werd de vitamine C-concentratie in het bloedplasma gemeten. De gemiddelde vitamine C-spiegel bedroeg 44 µmol/l. Bijna iedereen (93%) had een vitamine C-status die lager was dan de optimale spiegel van 70 µmol/l. Bij 62% van de deelnemers was sprake van een inadequate vitamine C-status (<50 µmol/l) waarvan 13% een tekort had (<23 µmol/l) en bij 2% was sprake van een ernstig tekort aan de vitamine (<11 µmol/l). Mannen hadden over het algemeen een lagere vitamine C-spiegel dan vrouwen en bij mannen was eerder sprake van een tekort. Ook rokers en personen met een lage sociaaleconomische status hadden vaker een vitamine C-deficiëntie. Proefpersonen met een hoge vitamine C-status hadden een lager lichaamsgewicht, een lagere BMI en een betere middelomvang ten opzichte van personen met een inadequate vitamine C-spiegel. Ook was het HbA1c (gemiddelde glucosespiegel), de insulineconcentratie en het triglyceridengehalte significant beter bij een adequate vitamine C-status. Bovendien hadden personen met een adequate vitamine C-spiegel minder kans op cognitieve achteruitgang. De vitamine C-concentratie in het bloedplasma blijkt sterk gecorreleerd met biomarkers voor de metabole gezondheid en de cognitie.