Minder DNA-schade met zink

Een matige verhoging van de zinkinname uit de voeding bevordert het herstel van DNA en kan DNA-schade verminderen. Aan de studie namen achttien mannen deel. Ze kregen gedurende zes weken voeding met rijst als basis. Gedurende de eerste twee weken bevatte de voeding 6 mg zink per dag, de laatste vier weken was dit gehalte verhoogd naar 10 mg zink per dag. Voor en na beide interventieperiodes werd de totaal geabsorbeerde hoeveelheid zink, de beschikbare zinkpool, de plasma en cellulaire zinkstatus en de genexpressie van zinktransporters bepaald. Een verhoging van de zinkinname uit de voeding met 4 mg per dag leidde tot een toename van de totaal geabsorbeerde hoeveelheid zink. Echter, de zinkconcentratie in het bloedplasma en de beschikbare hoeveelheid zink in de pool bleven onveranderd. Ook leidde de verhoging van de zinkinname niet tot hogere concentraties van dit mineraal in de rode en witte bloedcellen (erytrocyten en leukocyten) of tot een veranderde expressie van zinktransporters. Wel bleek de DNA-schade in de leukocyten af te nemen onder invloed van een hogere zinkinname. Dit ging gepaard met een toename van antioxidanten, een verbetering van de immuunfunctie en een toename van proteïnen die betrokken zijn bij het herstel van DNA. Een matige verhoging van de zinkinname uit de voeding - vergelijkbaar met het effect van met zink verrijkte levensmiddelen - leidt tot een toename van de absorptie van het mineraal zonder dat dit direct van invloed is op de zinkstatus. Dit gaat gepaard met een afname van DNA-schade.