Ratio arachidonzuur,eicosapentaeenzuur en depressies

Veranderingen van voedingsgewoonten in de Westerse wereld in de periode 1850 tot 1995 worden meer dan eens in verband gebracht met hart- en vaatziekten en met ontstekingen gepaard gaande aandoeningen. Er is sprake van een verhoging in de inname van totaal vet, verzadigd vet en van linolzuur. De verhouding van omega 6/omega 3-vetzuren onderging een sterke stijging van aanvankelijk 1 : 1 naar momenteel 10 : 1. De vetten uit vis, wild en bladgroenten werden vervangen door linolzuurrijke vetten uit zaden. De hoge verhouding van omega 6/omega 3-vetzuren in de moderne voeding leidt tot een relatief hoge concentratie arachidonzuur (een omega 6-vetzuur, vooral uit vlees) en een lage concentratie eicosapentaeenzuur (EPA, een omega 3-vetzuur, vooral uit vis) in de celmembranen van de meeste lichaamsweefsels. Hieruit volgt een overproductie van eicosanoïden welke afgeleid zijn van omega 6-vetzuren met meer reactieve typen prostaglandinen, tromboxanen en leukotriënen. Vermoed wordt dat deze effecten zich uitstrekken tot depressies en andere neurologische stoornissen. Australische onderzoekers bestudeerden bij een groep van twintig aan matig tot ernstige vormen van depressie lijdende patiënten de status van essentiële vetzuren in het plasma en de rode bloedcellen. De ernst van de depressie werd vastgesteld op basis van de Hamilton Depressieschaal (HRS). Daarnaast gebruikten zij de lineaire beoordelingsschaal (LRS), waarin de ernst van depressies zonder angstsymptomen gemeten wordt. De concentraties totaal meervoudig onverzadigde vetzuren van de patinten kwamen overeen met die van groepen normale personen. De verhoudingen van de essentiële vetzuren onderling waren wel afwijkend. De verhoudingen arachidonzuur/EPA in plasma en rode bloedcellen bedroegen respectievelijk 12,4 en 22,9. De verhoudingen omega 6/omega 3-vetzuren bedroegen respectievelijk 7,0 en 4,3. Alle vetzurenratio's correleerden sterk met de scores in zowel de HRS als de LRS tests. Vooral de ratio arachidonzuur/EPA toonde een hoge correlatie met de ernst van de depressieve aandoening. De onderzoekers konden niet vaststellen of de hoge arachidonzuur/EPA-ratio's in plasma en rode bloedcellen het gevolg zijn van depressieve aandoeningen of voorafgaan aan de symptomen van depressie.